Het afgelopen weekend is één van onze dochters gedoopt, samen met haar vriend (binnenkort haar man want ze gaan trouwen). Een feestelijke gebeurtenis. De doop vond plaats in open water, aan het Paterswoldsemeer in Groningen.
Misvattingen over de doop
Eén van de misvattingen over de doop is dat het, in sommige gevallen, een ‘overdoop’ is. Op Wikipedia lees je bijvoorbeeld het volgende er over:
Overdoop of herdoop is de praktijk om iemand te dopen, hoewel deze reeds eerder is gedoopt. Meestal betreft dit een volwassene die als kind reeds is gedoopt. De reden hiervoor is doorgaans dat de kinderdoop niet als een geldige doop wordt erkend. Het is echter ook mogelijk dat de doop van een andere christelijke geloofsgemeenschap niet als geldig wordt erkend, bijvoorbeeld omdat er een niet erkende doopformule is gebruikt. Omdat de doop een eenmalig sacrament is, wijzen kerken die de kinderdoop als geldige doop accepteren in de regel het overdopen van reeds als kind gedoopte kerkleden af.
In de Bijbel lees je namelijk dat “meerdere malen dopen” helemaal niet zo vreemd is, vgl. Handelingen 19:1-7:
“..geschiedde het, dat Paulus, na door de bovenlanden gereisd te zijn, te Efeze kwam, en daar enige discipelen vond. 2 En hij zeide tot hen: Hebt gij de heilige Geest ontvangen, toen gij tot het geloof kwaamt? Doch zij zeiden tot hem: Wij hebben zelfs niet gehoord, dat er een heilige Geest is. 3 En hij zeide tot hen: Waarin zijt gij dan gedoopt? En zij zeiden: In de doop van Johannes. 4 Maar Paulus zeide: Johannes doopte een doop van bekering en zeide tot het volk, dat zij moesten geloven in Hem, die na hem kwam, dat is in Jezus. 5 En toen zij dit hoorden, lieten zij zich dopen in de naam van de Here Jezus. 6 En toen Paulus hun de handen oplegde, kwam de heilige Geest over hen, en zij spraken in tongen en profeteerden. 7 En het waren in het geheel ongeveer twaalf mannen.”
De kern van de doop is, dat het een daad is die een mens bewust doet.
Romeinen 6:3,4:
“Of weet gij niet, dat wij allen, die in Christus Jezus gedoopt zijn, in zijn dood gedoopt zijn? Wij zijn dan met Hem begraven door de doop in de dood, opdat, gelijk Christus uit de doden opgewekt is door de majesteit des Vaders, zo ook wij in nieuwheid des levens zouden wandelen ” – vgl. ook Kol. 2:12
Een kind kan niet kiezen voor het worden ‘begraven en opstaan’ met Jezus. De gedachte hier achter is dan ook heel anders (verbondsleer, vervangingsleer). In het hele Nieuwe Testament, laat staan in het Oude Testament, kom je geen ‘kinderdoop’ tegen. Dat is een menselijk verzinsel. Om te dopen is een actieve houding nodig. Een wilsbeslissing. Petrus vergeleek het met Noach en de zijnen. Zij stapten zélf aan boord van de Ark, om gered te worden:
18 Want ook Christus is eenmaal om de zonden gestorven als rechtvaardige voor onrechtvaardigen, opdat Hij u tot God zou brengen: Hij, die gedood is naar het vlees, maar levend gemaakt naar de geest, 19 in welke Hij ook heengegaan is en gepredikt heeft aan de geesten in de gevangenis, 20 die eertijds ongehoorzaam geweest waren, toen de lankmoedigheid Gods bleef afwachten, in de dagen van Noach, terwijl de ark in gereedheid werd gebracht, waarin weinigen, dat is acht zielen, door het water heen gered werden. 21 Als tegenbeeld daarvan redt u thans de doop, die niet is een afleggen van lichamelijke onreinheid, maar een bede van een goed geweten tot God, door de opstanding van Jezus Christus. – 1 Petrus 3.
De doop kan ons niet redden of opnemen in een ‘verbond’. Het is ‘een bede van een goed geweten’. De doop is gehoorzaamheid en wordt door Petrus dus tegenover óngehoorzaamheid geplaatst.
Is de doop een ‘sacrament’?
De Kerken leren een aantal ‘sacramenten’. Een sacrament is “een gewijde handeling in het christendom waardoor God komt tot de mens. In die zin staat een sacrament tegenover gebed en offer, waarin de mens nadert tot God. Verschillende sacramenten markeren een belangrijk moment in het leven van de gelovigen. Het begrip is afgeleid van het Latijnse sacramentum, dat (geloofs)geheim betekent.” — Wikipedia.
Een sacrament “is geldig, indien de juiste vorm, stof en intentie aanwezig waren bij de verrichting ervan. De staat waarin de bedienaar verkeert heeft geen invloed op de geldigheid. De werking van het sacrament is daarentegen wel afhankelijk van de staat waarin de ontvanger verkeert.”Men stelt daaraan een aantal voorwaarden binnen de RKK en veel protestantse kerken. Zoals dat het moet worden ‘bediend’ door een priester of predikant. Ook dit leert de Bijbel niet.
De Here Jezus heeft twee opdrachten gegeven aan de gelovigen: het houden van het avondmaal (gedachtenismaal) en het dopen van gelovigen. Hij heeft hier totaal geen voorwaarden gesteld aan door wie of waar dit gedaan moet worden.
In het verleden heb ik (foto rechts) dan ook meerdere mensen mogen dopen. Samen met andere broeders. Er is niets mooiers, wanneer je actief bent in het Evangelie, dan dit te mogen doen!
Elke gelovige is deel van het heilig priesterschap en mag dus avondmaal en doop bedienen. De Bijbel leert ook nergens dat het een ‘gewijde handeling’ is.
Wij mensen maken dat er allemaal graag van, maar het is volstrekt onbijbels. Wat wel belangrijk is, is dát het gedaan wordt. Immers, dát is gehoorzaamheid aan God?
De doop, en avondmaal, zijn geen sacrament. Een sacrament wordt immmers gedefinieerd als “een gewijde handeling in het christendom waardoor God komt tot de mens.“. Maar de Bijbel leert juist dat de mens, door de doop, tot Gód komt, zoals Petrus immers schreef, het is een bede van een goed geweten tot God. Je kunt het alleen als ‘sacrament’ opvatten mits je de leerstellige opvattingen rondom de kinderdoop hanteert. Op het Avondmaal kom ik wellicht later nog eens terug in dit verband.
Vervolging “Dopersen”
Tegenwoordig is de doop, kinderdoop of volwassendoop, ‘overdopen’ of niet etc. niet zo’n heel groot strijdpunt meer. Dat wil zeggen, het is geaccepteerd dat Baptisten en Evangelische gelovigen zich volwassen laten dopen. Dat is niet altijd zo geweest. De “wederdopers” werden hard, zéér hard, vervolgd door de Roomse Kerk maar óók door de kerken van de Reformatie. Zo werd Felix Manz op last van de kerkhervormer Zwingli vermoord:
Op 7 maart 1526 had het concilie van Zürich een edict aangenomen dat volwassen doop strafbaar werd gesteld door verdrinking. Op 5 januari 1527 werd Manz het eerste slachtoffer van het edict en de eerste Zwitser Anabaptist om gemarteld te worden door de handen van Protestanten. Terwijl Manz verklaarde dat hij wenste “om degenen bij elkaar te brengen die bereid waren Christus te accepteren, het Woord gehoorzamen en in Zijn voetsporen treden, om je daarmee te verenigen door de doop, en de rest te kopen in hun huidige overtuiging “. Zwingli en de raad beschuldigden hem van hardnekkige weigering “om af te wijken van zijn dwaling. Om 15.00 uur, toen hij van de Wellenburg naar een boot werd geleid, prees hij God en predikte hij tot de mensen. Eén Hervormd predikant ging mee, trachtte hem het zwijgen op te leggen, en hoopte hem de gelegenheid te geven zijn herdoop te herroepen. Manz ‘broer en moeder moedigden hem aan om pal te staan en te lijden ter wille van Jezus. Hij werd per boot de rivier op gebracht. Zijn handen waren vastgebonden en achter zijn knieën getrokken en er werd een paal tussen geplaatst. Hij werd geëxecuteerd door hem te verdrinken in het Meer van Zürich. (bron: Wikipedia)
De Kerk van de Reformatie heeft in dit opzicht helaas ‘bloed aan haar handen’. Manz was niet de laatste die door hen werd omgebracht vanwege het volgen van het Bijbelse gebod om te dopen!
Toch zijn er, hoewel er geen fysieke vervolging meer is, zeker binnen Reformatorische kringen nog veel die enorme strijd en tegenstand ervaren als zij gevolg geven aan de Bijbelse opdracht om zich te laten dopen. Familie, vrienden, je kerk: ze accepteren het niet. Het is best wel tegenstrijdig. In plaats van blij te zijn dat iemand zijn of haar leven mét Christus verder wil leven is er tegenstand.
Opdracht en gehoorzaamheid
Het dopen van mensen die gelovig zijn geworden is een opdracht aan de gemeente van de Here Jezus. Hij heeft deze opdracht persoonlijk gegeven.
“Gaat dan henen, maakt al de volken tot mijn discipelen en doopt hen in de naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes en leert hen onderhouden al wat Ik u bevolen heb.” – Matteüs 28:19
Het is gehoorzaamheid van de gelovige aan het Woord van God
“Wie gelooft en zich laat dopen, zal behouden worden, maar wie niet gelooft, zal veroordeeld worden.” – Marcus 16:16
En nogmaals Petrus:
“Als tegenbeeld daarvan redt u thans de doop, die niet is een afleggen van lichamelijke onreinheid, maar een bede van een goed geweten tot God, door de opstanding van Jezus Christus.” – 1 Petrus 3:21
Daar is water!
Toen ik zelf gedoopt werd mocht ik vooraf een ‘getuigenis’ geven. Ik was nog jong, maar herinner het mij als de dag van gisteren! Ik sloot mijn getuigenis af met een citaat uit de bijbel:
“En terwijl zij onderweg waren, kwamen zij bij een water, en de kamerling zeide: Zie, daar is water; wat is ertegen, dat ik gedoopt word?” – Hand. 8:36
Het antwoord van de predikant en gemeente was: “Helemaal niets!”. Het afgelopen weekend was één van onze dochters en haar vriend ook bij véél water. En ze lieten zich dopen. Tot getuigenis van de Gemeente maar óók diverse toeschouwers die zich daar ook bevonden. Het gebeuren werd door sommige van die toeschouwers zelfs gedeeld op Facebook. Een prachtig getuigenis is er zo uitgegaan naar de Gemeente, de Hemelse gewesten (Lucas 15:7) én naar ‘de wereld’ door deze doop!
Meer over de doop kun je lezen in dit uitgebreide artikel van het BijbelCollege.