De Kerk, de Opname van de Gemeente en het Duizendjarig Rijk

In het Nederlands Dagblad stond een artikel over de opname van de gemeente en het duizendjarig rijk. Dat het Nederlands Dagblad, van oorsprong de spreekbuis van de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt), over het onderwerp spreekt is lovenswaardig.

De Gereformeerde Gezindte doet er veel aan deze onderwerpen te bestrijden omdat het niet past in de Gereformeerde leer. Immers, in de gedachten van de Gereformeerde leer is het Duizendjarig rijk niet letterlijk te nemen (een opvatting die terug gaat naar Augustinus).

Opname van de gemeente - Wederkomst van Christus (stockfoto)
Gratis afbeelding Clip-Art Library

Historische onjuistheden

Helaas bevat het artikel, hier te lezen, een aantal historische onjuistheden. Zo wordt wederom de populaire misvatting van stal gehaald dat de opvattingen met betrekking tot de opname van de gemeente door Darby voor het eerst naar voren zouden zijn gebracht. Daarbij wordt door de schrijver de toon gezet door te stellen dat “de kerk eeuwenlang anders heeft gedacht over de eindtijd”.

Eeuwenlang is het geloof van de kerk geweest dat Jezus aan het eind van de geschiedenis terugkomt om de levenden en de doden te oordelen. Maar in de negentiende eeuw ontstaat er een beweging die naar eigen zeggen het gezag van de Bijbel hoog wil houden – tegen alle twijfel in die de moderne tijd erover zaait. Zij neemt de Bijbel letterlijk, ‘gewoon zoals het er staat’. [..] De vaders daarvan waren in Europa John Nelson Darby (1800-1882, ook de grondlegger van de Vergadering van Gelovigen) en in de Verenigde Staten Cyrus Scofield (1843-1921). In Nederland werd deze Bijbeluitleg na 1970 populair via boeken van Hal Lindsey, een Amerikaanse evangelist. 

Opname van de Gemeente

Dit is een onjuiste weergave van de historische feiten. De Opname van de Gemeente is een Bijbels maar ook kerkhistorisch zeer verdedigbare leerstellige opvatting.

Irenaeus en de Opname van de Gemeente
Irenaeus was een discipel van Polycarpus (die een discipel was van de apostel Johannes) en verwoordde zijn eschatologische opvattingen in “Adversus Haereses” (Tegen de Ketterijen), Boek 5. Eerst verwijst hij naar de vertaling van Henoch en Elia’s “weggevoerd worden” als voortekenen van de Opname.

“Want Henoch, toen hij God behaagde, werd opgenomen in hetzelfde lichaam waarin hij Hem behaagde, aldus anticiperend wijzend op de vertaling van de rechtvaardige. Ook Elia was verstrikt [toen hij nog was] in de substantie van de [natuurlijke] vorm; aldus in de profetie de veronderstelling tonend van hen die spiritueel zijn, en dat niets in de weg stond van hun lichaam dat werd verplaatst en opgenomen.”

Ten tweede verwijst Irenaeus naar de “weggenomenen” van de Gemeente vóór de verdrukking begint.

“En daarom, wanneer uiteindelijk de Kerk hierdoor plotseling zal worden opgenomen, wordt er gezegd: ‘Er zal een verdrukking zijn zoals er niet is geweest vanaf het begin en ook niet zal zijn’ (Mt 24:21). Want dit is de laatste wedstrijd van de rechtvaardigen, waarin ze, wanneer ze overwinnen, worden gekroond met onverderfelijkheid.”

Tertullianus (160-240)
“Want wij zullen opgenomen worden in de wolken, de Heer tegemoet (wanneer de Zoon des mensen op de wolken komt, volgens Daniël) en zo zullen wij altijd met de Heer zijn”.

Cyrillus van Alexandrië (400-440)
“… zal Ik wederkomen in de tijd van wedergeboorte en Ik zal u tot Mij nemen, opdat ook gij zijn moogt waar Ik ben. Daarvan wist ook Paulus, en hij zegt dat in zijn brief als volgt…” .. Vervolgens citeert hij 1 Thessalonicenzen 4:13-18.

Het gaat dus niet aan te beweren dat Darby en Scofield deze opvattingen voor het eerst leerden en we dus met een “moderne opvatting” te maken zouden hebben. Integendeel. Wat we hier lezen, in het bijzonder bij Irenaeus, is precies hetzelfde als we lezen en leren bij Darby, Scofield e.a. uit de afgelopen tweehonderd jaar.

Duizendjarig Rijk (Chiliasme)

Voor wat betreft het chiliasme merkt de studiebijbel niet voor niets op: “Het chiliasme is de oudste vorm van christelijke toekomstverwachting”. We komen het op veel plaatsen tegen in de geschriften van de vroege kerkvaders. Dat veranderde door Augustinus, de grote delen van de Schrift ging “vergeestelijken”.

Maar, .. bovenal lezen we over deze onderwerpen in de Bijbel. Zélfs al zouden deze opvattingen pas de laatste 200 jaar voor het eerst ontdekt zijn in de Schrift, het maakt ze niét minder waar. Als dat een argument zou zijn, dan had men tijdens en na de reformatie de opvattingen van de Reformatoren immers ook op die grond kunnen verwerpen als “modernistische opvattingen”?

In mijn brochure uit 2012 heb ik meer informatie over dit onderwerp verzameld, zie deze gratis brochure hiervoor.