De Calvinistische invloed: “Revangelische Gelovigen”

Een paar jaar geleden kwam ik iemand tegen die zichzelf ‘revangelisch’ noemde. Een samentrekking van Reformatorisch en Evangelisch. Ik vond het indertijd een grappige vondst maar anderzijds ook wel een beetje vreemd: hoe kun je ‘reformatorisch’ zijn en tegelijk ‘evangelisch’? Een ‘revangelische gelovige’?

Het één sluit immers het andere op veel gebieden uit. Reformatorische gelovigen, zeker in Nederland, zijn vaak Calvinisten. Het Calvinisme heeft een leer met betrekking tot de redding van de mens die haaks staat op de opvatting van evangelische gelovigen.

Evangelische mensen geloven vaak, bijvoorbeeld, dat een ieder die in Jezus gelooft is behouden, conform Joh. 3:14-18. In het Calvinisme gaat men uit van de uitverkiezing – een van de schaduwkanten van de Reformatie, afgeleid van Augustinus opvatting over genade.

Genade kan niet worden ontvangen door een daad van menselijke wil of zelfs maar mee samenwerken (synergisme) – het moet als een geschenk worden gegeven. – zo meent Augustinus.

John F. MacArthur, John Piper en James Packer

Mede door het lezen van boeken van de puriteinen werd John F. MacArthur een overtuigde aanhanger van de calvinistische genadeleer, namelijk ‘dat het geloof een genadegift van God is, in het hart gewerkt door de Heilige Geest’.

Hij is predikant van een niet-confessionele kerk, dat wil zeggen een onafhankelijke kerk niet gebonden aan een denominatie of confessie. John F. MacArthur heeft binnen de evangelische kringen behoorlijk invloed gehad. Door zijn invloed is er een toenemend aantal evangelische gelovigen met een calvinistische inslag.

Zowel in Reformatorische kring als evangelische kring is MacArthur redelijk populair. Dat terwijl de meeste Evangelische gelovigen, zeker in Nederland, niet weten waar hij voor staat.

“Er zijn veel dingen waarvan veel evangelicalen zouden zeggen dat ze niet-essentieel zijn, bijvoorbeeld de rol van een vrouw in de kerk, of drinken, of dansen, of de schepping of de eindtijd,” zei Jonathan Holmes, die is afgestudeerd aan het Masters College van MacArther. “Maar dat zijn allemaal belangrijke punten voor MacArthur, omdat zijn kijk op de Schrift zodanig is dat als je komt aan de grammaticale, letterlijke interpretatie van de Bijbel op een van deze gebieden, de hele zaak uit elkaar zou beginnen te vallen.” (Christianity Today).

Behalve MacArthur hebben hierbij ook andere theologen als James Packer (een “Evangelische Anglicaan”, eveneens beïnvloed door de puriteinen) en John Piper een rol gespeeld.

John Piper is baptist, hoofd van de Bethlehem College & Seminary waarvan voor het BijbelCollege ook een paar lessen zijn gebuikt. Voor mijn studie aan het Christian Leaders Institute volg ik ook met enige regelmaat lessen gegeven door Piper.

John Piper heeft miljoenen boeken verkocht, maar is daar niet rijk van geworden: hij heeft 100% van de royalty’s van zijn boekenverkoop aan verschillende goede doelen gedoneerd.

Ondanks dat Piper een baptist is, omarmde ook hij de gereformeerde, calvinistische, soteriologie (de leer over de redding van de mens). Iets wat veel baptisten en evangelicalen helemaal niet weten.

Hij zegt: “Toen ik in 1968 naar het seminarie ging, geloofde ik in de vrijheid van mijn wil in de zin dat ik dacht dat die uiteindelijk zelfbepalend was. [..]” wat hij niet zou hebben geleerd uit de Bijbel, zo zegt hij . “Geen enkel vers leert de zelfbepalende wil van de mens, maar ik geloofde het net zoals de meeste mensen het geloven. [..] . Ik botste frontaal op Filippenzen 2:12”.

Op de theologie-opleiding besloot Piper vervolgens te kiezen voor het (gaan) aanhangen van het calvinistische gedachtengoed.

Kind en badwater
Dat John F. MacArthur, John Piper en James Packer e.a. zwaar beïnvloed zijn door het calvinisme wil niet zeggen dat ik alles wat zij onderwijzen of hebben onderwezen terzijde schuif. Zelf volg ik immers ook een opleiding die ook put uit de reformatorische traditie. JE moet niet het kind met het badwater weggooien. Maar dat badwater moet je zeker ook niet als het ware, levendbrengende, water beschouwen!

Calvinistische invloed

In de Reformatorische pers las ik de afgelopen jaren regelmatig dat men de nodige ‘zorgen’ had over de invloed van de ‘lichtvoetige’ evangelicalen. Je bekeren kon je niet zelf, dat soort gedachten moesten toch vooral niet worden onderwezen in de Reformatorische kerken!

Reformator Johannes Calvijn - Public DomainMaar andersom is er dus al decennialang een beïnvloeding gaande vanuit Reformatorische kring op de verlossingsleer die voluit Bijbels is en door de Here Jezus zelf wordt onderwezen aan Nicodemus. Ook Johannes de Doper was overduidelijk: “Bekeer U!”.

“Calvinisten hebben er een enorm vertrouwen in dat ze gelijk hebben, maar het Bijbels bewijs wijst er op dat ze jammerlijk falen in het zorgvuldig omgaan met Gods Woord. Ze zullen snel het oppervlakkige begrip van een woord aannemen (als het past bij hun theologie), ze zullen weinig of geen aandacht schenken aan de context van hun geselecteerde schriftgedeelte, en ze zullen zo ver gaan dat ze woorden herdefiniëren om aan hun behoeften te voldoen.” (The Narrow Truth).

Bekering is een actie die een mens daadwerkelijk, volgens de Bijbel, zélf moet ondernemen. Toestaan dat de Bijbelse leer door de invloed van mannen als John F. MacArthur, John Piper, James Packer en door hen beïnvloedde leraren en sprekers betekent een zware slag voor de Bijbelse waarheid (Lukas 13:3, Lukas 15:10).

Zowel het oude als het nieuwe testament is doortrokken van oproepen van de Here aan de mens om zich te bekeren. Maar het is de bedekking van de wet, waar reformatorische christenen zich onder hebben gebracht, die hen verblind voor deze waarheid.

.. tot op heden ligt er, wanneer Mozes gelezen wordt, een bedekking op hun hart. Maar wanneer het zich tot de Heere bekeert, wordt de bedekking weggenomen.” (2 Kor. 3:15-16).