In een kort stukje iets schrijven over de grote profeet Jesaja is, uiteraard, absoluut géén recht doen aan dit boek. Ik kan in deze samenvatting dan ook alleen maar de hoofdlijnen vermelden.
Het boek, genoemd naar de schrijver, beslaat een lange periode van maar liefst vier Koningen van Juda. Zijn profetische bediening besloeg dan ook een periode van ongeveer 40 jaar, tijdens de 2e helft van de 8e eeuw voor Christus. Zijn naam, Jesaja, betekent “Redding door de Here” of “Redding is de Heer” (Bijbels Woordenboek). Namen in de Bijbel hebben vaak een profetische lading. Zo ook in dit geval; de naam van de profeet is eigenlijk ook hét grote thema van het boek! Jesaja beschrijft niet alleen de redding van het volk uit de handen van de vijand en het herstel van land en volk -door Kores, Jesaja 45:1- maar een veel grótere toekomstige verlossing voor het volk wordt eveneens door hem geprofeteerd; de komst van de Messias, die niet alleen het volk maar de gehele aarde zou bevrijden!
Profeet van het Evangelie
Er is geen boek in het Oude Testament, de Psalmen uitgezonderd, dat zo vaak geciteerd is in het Nieuwe Testament als het boek Jesaja. Hij wordt dan ook wel de Profeet van het Evangelie genoemd. Vanuit het boek Jesaja is het zelfs mogelijk een redelijk gedetailleerd beeld te schetsen van het leven en werk van de Here Jezus zónder de Evangelieën te kennen! Des te opmerkelijker is het dat desondanks een groot deel van het (gelovige, orthodoxe) Joodse volk deze Messias, Christus Jezus, verwierp en nog steeds verwerpt!
Jesaja’s profetieën over de Messias, evenals uiteraard de profetieën van de andere profeten over de Messias, zijn allemaal accuraat vervuld. We denken hierbij bijvoorbeeld aan de maagdelijke geboorte, de afstamming van Jesse, de dienstknecht die God’s wil vervuld, de Man van Smarten, en, uiteraard, het Lam dat ter slachting werd geleid. Deze, en andere, profetieën werden door Jesja gedaan ruim 700 jaar voor de Messias daadwerkelijk kwam!
Ook schrijft Jesaja uitgebreid over het komende Messiaanse rijk, waar “de leeuw en het lam samen weiden” (foto).
Structuur van het boek
Het boek Jesaja is te zien in twee delen die duidelijk onderscheiden zijn van elkaar. Zelfs zo duidelijk dat bijbelcritici zelfs van mening zijn dat er sprake is van twéé verschillende schrijvers (en sommigen menen zelfs drie). Deze critici benádrukken de verschillen, die er ontegenzeggelijk zijn, maar verontachtzamen de overéénkomsten, die er óók zijn.
De critici spreken dan ook van “een verzameling van profetische teksten die in de loop van ongeveer drie eeuwen zijn overgeleverd en uiteindelijk als één geheel op schrift zijn gesteld” (Inleiding op Jesaja, NBV-vertaling!). Met deze anotatie wordt het boek Jesaja niet als profetisch woord van God gezien maar als “overleveringen” van een (ongenoemd aantal) profeten of mensen. De Goddelijke inspiratie wordt daarmee terzijde gezet en tevens wordt de suggestie gewekt dat “profetie” pas nádat het e.e.a. had plaatsgevonden werd opgeschreven en vervolgens “ge-antidateerd”. Oftewel; alsof het Woord van God “valsheid in geschrifte” bevat! Bewijzen levert men niet, het is allemaal gebaseerd op “men meent”, “men denkt”, “velen menen”, etc.
In zijn algemeenheid kunnen we stellen dat het boek Jesaja in het éérste deel spreekt over het oordeel van God en in het twééde deel spreekt over de troost die God geeft. Hier ziet hij voorbij de Babylonische ballingschap en verkondigd de terugkomst naar het land als een voorafschaduwing van een nog gróter gebeuren; de toekomstige verlossing door de Messias. Vanuit dit standpunt ziet Jesaja de ballingschap als “iets dat reeds voorbij is” en verheugd zich erover dat dit zo zal zijn, terwijl de ballingschap pas honderd jaar ná zijn leven plaats ging vinden! Zowel in het éérste als twééde deel van Jesaja zien we dit thema terugkeren. In het tweede deel kondigt Jesaja -eerder genoemd- aan dat Kores het volk Israël zal laten terugkeren naar hun land. Hier ziet Jesaja dus bijna 300 jaar in de toekomst. We lezen over de historische vervulling hiervan in II Kronieken en Ezra.
In hoofdstuk 53 lezen we over het lijden en sterven van Christus -naar aanleiding van dit gedeelte predikte Filuppus het Evangelie aan de Ethiopiër, Handelingen 8:34,35). De slothoofdstukken van Jesaja (58-66) gaan over de glorie van- en voor Israël, God’s doel met Zijn volk, waarbij er een sterk contrast is tussen de opstandige ongehoorzamen en de gelovigen.
De “tweedeling” in Jesaja is eenvoudig te onthouden omdat er zich iets wonderlijks voordoet met dit boek: er zijn 66 hoofdstukken, net als het aantal bijbelboeken. Nu telt het Oude Testament 39 boeken. En het Nieuwe Testament 27 boeken. Dit komt precies overeen met de deling van Jesja: de eerste 39 hoofdstukken vormen het éérste deel (het oordeel) en de laatste 27 hoofdstukken het twééde deel (de troost!). Niet alleen komt het aantal hoofdstukken en de verdeling ervan in Jesaja daarmee overeen met het aantal boeken en de verdeling van het Oude- en Nieuwe Testament, óók de thematiek van de inhoud komt overeen! Het Oude Testament is “de wet”, die de mens óórdeelt, het Nieuwe Testament is het Evangelie, dat de mens tróóst en genade schenkt!
Bijbelcritici
Ik wil, tot slot, nog terugkomen op de bijbelcritici. Zij menen met hun kritiek het boek Jesaja te ontkrachten. Dat wil zeggen; men suggereert dat het boek grotendeels pas is geschreven nádat de Babylonische ballingschap een feit was ja zelfs ná de terugkeer van het volk naar Israël tot stand is gekomen. Daarmee ‘afdoend’ aan het Woord van God als zou dit boek niet profetisch zijn. Men ziet echter daarbij iets heel belangrijks over het hoofd. Want als dit boek ná de ballingschap zou zijn samengesteld uit ‘diverse overleveringen’ dan zouden de profetieën aangaande de komst van Christus ook ‘achteraf’ geschreven moeten zijn. En we weten inmiddels -zie bijvoorbeeld de verwijzing naar Filippus- dat dit niet juist is. Het kan mijns inziens niet bestaanbaar zijn dat een deel van het boek “frauduleus” is (achteraf op schrift gesteld, ná de gebeurtenissen die beschreven zijn) en een ánder deel profetieën bevat die minitieus zijn uitgekomen!
Daarnaast is de verdeling van het boek, en de overeenkomst met de Bijbelse boodschap, absoluut niet toevallig te noemen. En verder is de thematiek zo verschillend tussen de beide delen dat daardoor er inderdaad verschillen zijn maar, zoals ook eerder aangegeven, de overéénkomsten daardoor nog duidelijker zijn te zien (bijv. de profetieën aangaande de Messias in zowel het éérste als het twééde deel). En tot slot willen we de critici op het volgende wijzen:
“ruim 2700 jaar hebben de Joden én Christenen geloofd dat Jesaja de auteur van het boek was. Dat de profetieën door God bij monde van Jesaja gegeven waren. De Apostelen, de vroege kerkvaders, de Joodse rabbijnen, de Farizeeën.. zouden zij allemaal tekort hebben geschoten in hun kennis van de Wet en de Profeten? Zouden, wanneer Jesaja’s profetieën niet door deze grote profeet zélf, of zijn schrijver(s), op schrift zijn gesteld deze profetieën niet allang als bedrog zijn weggedaan? Het is te zot voor woorden om te veronderstellen dat een dergelijke falsificatie door de schriftgeleerden en Farizeeën zou zijn toegestaan en aan de woorden van fraudeurs zo’n waarde zou worden gehecht!“
Bijbelcritici hebben echter maar één doel: de Bijbel “kritisch” benaderen. Voor het begrijpen van God’s Woord echter is één ding noodzakelijk: gelóóf. Door hun houding en kritiek maken zij duidelijk géén geloof te hechten aan God’s Woord. Waarom zou ik, of wie dit ook maar leest, daarom ook maar énige waarde hechten aan hun beweringen?
Bronnen:
- Survey of the Old Testament, #2, Moody Bible Institute;
- Bijbels Woordenboek, Dr. L.A. Snijder;
- Biblija;
- Nieuwe Bijbelvertaling, 2004, Inleiding op Jesaja
Zie ook: