De Reformatie (4). Johannes Calvijn – De Reformator uit Frankrijk

Johannes Calvijn was een controversieel theoloog. De Reformator uit Frankrijk studeerde onder andere in Parijs. Hij moest vanwege zijn sympathie voor de ideeën van de reformatie vluchten uit Parijs.

reformatie van de kerk - kerkbanken

Omstreeks 1533 had Calvijn wat hij noemde een “plotselinge bekering”: “God heeft mijn hart onderworpen en tot volgzaamheid gebracht.” Aangenomen wordt dat had hij de geschriften van Luther gelezen en hij brak met het katholicisme, verliet Frankrijk en vestigde zich als balling in Zwitserland.

In 1536 publiceerde Calvijn in Bazel de eerste editie van een van de grootste religieuze werken ooit geschreven, de Instituties. Zijn werk was bedoeld om „een elementaire leerstelling door te geven waardoor iedereen die door interesse in religie was geraakt, tot ware godsvrucht gevormd zou kunnen worden”.

Op 27-jarige leeftijd had Calvijn al een systematische theologie opgesteld, een duidelijke verdediging van de leer van de Reformatie.

Guillaume Farel
Zijn geschriften maakten indruk op mensen, waaronder Guillaume Farel, een hervormer in Genève, Zwitserland. Op weg naar Straatsburg stopte Calvijn een nacht in Genève. Toen Farel hoorde dat de auteur van de Institutie in de stad was, zocht hij hem op en smeekte hem om te blijven en de kerk in Genève te helpen.

Calvijn weigerde, hij wilde een rustig leven leiden en studeren. Farel “zwoer een vloek op Calvijns studies” tenzij hij bleef. “Ik had het gevoel alsof God uit de hemel zijn hand op mij had gelegd”, zei Calvijn, en Genève zou zijn thuis zijn (met één korte ballingschap) tot hij stierf in 1564.

Genève
Calvijn wilde dat Genève, een stad met een notoir lakse moraal, een heilige stad zou zijn. Zijn invloed was overal voelbaar, vooral in de scholen.

Hij drong er bij kerkleden waarvan het leven niet in overeenstemming was met de spirituele normen zich te beteren en excommuniceerde wie dat niet deed. Elke burger van Genève moest zijn geloofsbelijdenis onderschrijven.

Sommigen verzetten zich tegen de morele beperkingen, maar Genève werd een magneet en trok protestantse ballingen uit heel Europa aan. Eén, John Knox, beschreef Genève als „de volmaaktste school van Christus sinds de dagen van de apostelen”.

Uiteindelijk werd Calvijn’s strikte moralisme het stadsbestuur teveel en werd hij gesommeerd binnen 3 dagen zijn spullen te pakken en te vertrekken waarna hij in Bazel terecht kwam en predikant werd voor protestantse gelovigen die uit Frankrijk gevlucht waren.

Na verloop van tijd werden hij en Farel teruggeroepen naar Genève. Ondanks dat hij zich er eerst tegen verzette, keerde hij terug in Genève.

Invloed van Johannes Calvijn

Calvijn heeft een enorme invloed gehad op het protestantisme.

Bescherming vrouwen
Een bijzonderheid in Genève, als gevolg van Calvijns’ werk, was dat vrouwen meer bescherming kregen. Genǜe werd bekend als ‘het vrouwenparadijs’ omdat een wet werd aangenomen waarin werd vastgelegd dat mannen die hun vrouwen misbruikten strafbaar werden gesteld – op grond van het Bijbelse principe dat een man zijn vrouw moet liefhebben – Kolossenzen 3:19; Efeziërs 5:25.

Predestinatie
Boek III van de Institutie heeft veel aandacht gekregen.

Reformator Johannes Calvijn - Public DomainBij het beschouwen van [het werk van] de Heilige Geest onderzocht Calvijn de kwestie van wedergeboorte – dat wil zeggen: hoe worden we gered?

Hij beweerde dat redding alleen mogelijk is door de genade van God. Zelfs vóór de schepping koos volgens hem God sommige mensen uit om gered te worden.

Dit is \waar de meeste mensen tegenaan lopen en de graat waarin ze zich verslikken: de “predestinatie”. Het is niet bepaald een calvinistisch idee. Luther geloofde het, net als veel andere hervormers. Toch hield Calvijn het zo absoluut vast en stelde het zo krachtig dat de leer voor altijd met hem wordt vereenzelvigd.

De oorsprong van de predestinatie-leer ligt echter al bij Augustinus.

Calvijns constante thema was dit: als je gered wordt, is het Gods toedoen, niet dat van jezelf. Daarmee verwierp hij de gedachte dat een mens een vrije wil, een kéuze, heeft om te leven met God (of niet).

Alleen God weet volgens Calvijn wie uitverkoren (gered) is en wie niet. Maar, zei Calvijn, een moreel leven laat zien dat een persoon (waarschijnlijk) een van de uitverkorenen is. Calvijn zelf, een zeer morele en energieke man, drukte anderen op de noodzaak hun redding uit te werken – niet om gered te worden, maar om te laten zien dat ze gered zijn.

Een, in mijn ogen, onmogelijkheid en in strijd met wat de Bijbel leert over dit onderwerp. Het heeft bij veel mensen geleid tot een zwaar leven, een leven vol twijfel, strijd, grote onzekerheid en angst omdat men geen geloofszekerheid had en heeft.

Print Friendly, PDF & Email