De Vulgaat – De volksvertaling in het Latijn

Hiëronymus was één van de grootste Bijbelgeleerden van zijn tijd. Hij vertaalde de Bijbel (Oude en Nieuwe Testament) in de ‘volkstaal’. De ‘vulgaire’ taal, die het gewone ‘vulgaire’ volk sprak. De Vulgaat dus, de volksvertaling in het Latijn.

Vulgaat - de Volksvertaling in het Latijn - Prologus_Ioanni_Vulgata_Clementina (public domain)
Vulgaat – de Volksvertaling in het Latijn (public domain)

De Vulgaat (Editio Vulgata) is een belangrijke Bijbelvertaling in het Latijn. Ze is door Hiëronymus in opdracht van paus Damasus gemaakt en kwam tussen 390 en 405 na Christus tot stand. De Vulgaat dankt zijn naam aan de uitdrukking “versio vulgata” voor “volkse versie”. Dat heeft betrekking op Vulgair Latijn. De Vulgaat is in alledaags Latijn (sermo humilis) geschreven, dus anders dan in het elegante Latijn, dat bijvoorbeeld Cicero schreef, het literaire Latijn waar Hiëronymus een meester in was. Dat was bewust. De Vulgaat werd gemaakt om een meer accurate en beter te begrijpen editie te krijgen dan zijn voorgangers, de Oud Latijnse vertalingen of Vetus Latina. Het was de eerste en eeuwenlang de enige christelijke Bijbelvertaling die het Oude Testament uit het oorspronkelijke Hebreeuws vertaalde in plaats van uit de Griekse Septuagint. Het Vaticaan aanvaardde vanaf 1546 bij het Concilie van Trente deze editie als enige gezaghebbende (Wikipedia)

Vroege vertalingen van de Schrift verschenen in verschillende talen, met name het Latijn (dat de standaardtaal van het westerse rijk werd), Syrisch en Koptisch.

Ondanks de ijver van de vroege vertalers, bezaten ze niet altijd een goede beheersing van het Grieks. Al snel kwamen er veel Oud-Latijnse handschriften in omloop, die van slechte kwaliteit waren en vaak van elkaar verschilden.

De volksvertaling in het Latijn

In een brief aan paus Damasus legde Hiëronymus het probleem uit en stelde hij een oplossing voor: “Als we ons geloof aan de Latijnse teksten willen vastpinnen, is het aan onze tegenstanders om ons te vertellen welke; want er zijn bijna net zoveel soorten teksten als kopieën. Als we daarentegen de waarheid willen afleiden uit een vergelijking van velen, waarom zouden we dan niet teruggaan naar het oorspronkelijke Grieks en de fouten corrigeren die zijn geïntroduceerd door onnauwkeurige vertalers, en de blunders en veranderingen van zelfverzekerde maar onwetende critici, en verder, alles wat is toegevoegd of veranderd door kopiisten die meer slapen dan wakker zijn?”

Paus Damasus stelde voor dat Hiëronymus een nieuwe Latijnse vertaling van de Bijbel zou maken, een die de onnauwkeurigheden van oudere vertalingen zou wegnemen. Damasus wilde dat de westerse kerk duidelijk Latijn was; een manier om dit te bereiken was door te zorgen voor een betrouwbare vertaling van de Bijbel in het Latijn.

Het kostte hem 23 jaar om de Bijbel te vertalen. Dat lijkt lang maar bedenk dat hij alléén de vertaling maakte en tegelijkertijd ook werkte aan verklaringen van de tekst, betrokken was in diverse theologische discussies, leiding gaf aan een klooster en de nodige zendbrieven schreef.

Apocriefe Boeken

Bij het vertalen van het Oude Testament viel Hiëronymus iets op: de boeken die de joden als de Heilige Schrift beschouwden, bevatten niet de boeken die we kennen als de apocriefe boeken.

Deze boeken waren wel opgenomen in de Septuaginta, de basis van de meeste oudere vertalingen, en Hiëronymus werd door de kerk gedwongen ze op te nemen. Maar hij maakte duidelijk dat naar zijn mening de apocriefe boeken slechts “liber ecclesiastici” waren (kerkboeken die gelezen moesten worden voor opbouw), in tegenstelling tot de volledig geïnspireerde “liber canonici” (canonieke boeken om leerstellingen vast te stellen).

Meer dan duizend jaar later zouden de leiders van de Reformatie het voorbeeld van Hiëronymus volgen en de apocriefe boeken niet opnemen in de protestantse bijbels.

De vertaling was hoogst accuraat en werd door Luther ook met grote regelmaat geciteerd. In de middeleeuwen echter werd de Vulgaat door overschrijffouten minder betrouwbaar.

Hiëronymus’ werk werd zo algemeen geaccepteerd en hoog aangeslagen dat vertalers tot aan de Reformatie vanuit de Vulgaat werkten; het duurde zo’n duizend jaar voordat geleerden opnieuw rechtstreeks uit het Griekse Nieuwe Testament een vertaling maakten in andere talen.

Print Friendly, PDF & Email