De Evangeliën

Het Oude Testament eindigt met een dreigende vloek, hoewel we dat in onze vertaling(en) niet zo goed terug zien:

Maleachi 3:6 (NBG) “Hij zal het hart der vaderen terugvoeren tot de kinderen en het hart der kinderen tot hun vaderen, opdat Ik niet kome en het land treffe met de ban.

In de Engelse vertalingen, bijvoorbeeld de American Standard (ASV) zien we beter wat er werkelijk staat c.q. bedóeld wordt in de (grond)tekst:
And he shall turn the heart of the fathers to the children, and the heart of the children to their fathers; lest I come and smite the land** with a curse.

Er wordt hier gesproken over de komst van ‘de Profeet Elia‘, die dit zal doen; feitelijk lezen we hier dat Elia (naar wij uit de Evangeliën weten wordt hier Johannes de Doper bedoeld) “het hart van de kinderen naar de vaderen terugvoeren” zou zodat de Here niet zou hoeven komen om het land met een vloek (kherem, cherem) te treffen.

Dit woord is inderdaad, letterlijk, te vertalen als ‘de ban’, maar het gaat hier juist om die banvloek welke Israël zou treffen als zij het verbond zouden breken en het land verontreinigen met hun goddeloosheid. Het is namelijk ook te vertalen met “totale vernietiging”, alsmede met “devotie”. Het woord staat voor meer; het betekent (ook) zoiets als “Alles wat God toebehoort”. Zij zouden dus moeten verlaten, wanneer ze ongehoorzaam waren, “wat God toebehoort”: het land Israël (vgl. Deut 7:2, 20:17; Zach 14:10,11).

God’s Profeet, Johannes, zou hen de bekering prediken. En velen luisterden ook naar zijn stem. Uiteindelijk werd hij echter vermoord.Hij was de ‘wegbereider’, de ‘heraut’, de de komst van Christus aankondigde en, als profeet, het volk wees op Hem.

In de Evangeliën lezen we tevens over de komst van Christus Jezus en hoe ook Hij werd verworpen door Zijn volk. Dit alles moest er wel toe leiden dat deze voorwaardelijke profetie, ruim 400 jaar voor de kruisiging uitgesproken, in vervulling moest gaan. In het jaar 70 werden de Joden uit hun land verdreven en werd het land een woestenij, ‘met de ban geslagen’. Dit was noodzakelijk geworden aangezien het geprofeteerd was dát dit gebeuren zou “tenzij“.. We weten echter ook uit de OT-ische profetieën dat God dit had voorzien; het móest zo gebeuren dat de Messias zou lijden en sterven.

De belofte
Toch blijft deze belofte staan; wanneer het volk zich bekeert, zullen zij het land weer érfelijk bezitten. Op dit moment, sinds 1948, bewoont Israël het land echter in óngehoorzaamheid aan God’s Woord. Maar ook dát is geprofeteerd; in Ez 37:1-14 lezen we dat de Here ze zal terugbrengen naar het land; dat ze zullen herleven. We zien wel dat dit ‘herleven’ in twee fasen gebeurt; éérst worden ze weer ‘levend’ en keren terug in het land, daarná zal er weer géést in ze komen. Ze zullen weten, door wat er gebeurt met ze, dat de Here “het gesproken en gedaan” heeft. Enerzijds doordat zij inderdaad met de ‘ban’ getroffen waren –2000 jaar lang!– en anderzijds doordat het herstel zich sinds 1948 heeft ingezet.

In de tijd van de Evangeliën was dit een gebeuren dat voor het grijpen lag; het Koninkrijk der Hemelen stond op áánbreken! Dat was de boodschap van Johannes dan ook en ook van de Here Jezus “Bekeert u, want het Koninkrijk der hemelen is nabijgekomen”(Matt. 4:17)

De Messias
De Evangeliën geven ons een verslag van de komst van Christus Jezus, van zijn geboorte tot aan zijn sterven én opstanding uit de doden. Lucas en Johannes geven de meeste informatie over het gebeuren ná de opstanding, en in aanvulling vinden we de hemelvaart in Marcus en de Handelingen.

Elk Evangelie heeft zijn eigen nadruk gelegd op zaken; nadruk op aspecten van het werk en persoon van Christus, nadruk op de wonderen en genezingen, nadruk op de Goddelijkheid van Christus etc. De evangeliën vullen elkaar daarin aan zodat er een compleet beeld ontstaan is van het werk wat Christus heeft gedaan en Zijn boodschap.

  • Matteüs => voornamelijk aan de Joodse lezers gericht, nadruk op Christus als de Koning;
  • Marcus => voornamelijk gericht aan de heidenen in Rome, vertelt het verhaal van Petrus, nadruk op Christus als de Dienaar;
  • Lucas => voornamelijk gericht op de Grieken, toont Christus als de perfecte, zondeloze, Mens.
  • Johannes => geschreven vele jaren ná de andere drie Evangeliën en benadrukt diverse aspecten van het werk van Christus. Legt grote nadruk op de Goddelijkheid van Christus en is geschreven aan álle mensen.

Het is echter een misvatting te denken dat een evangelie exclusief gericht is aan een bepaalde groep lezers; alle Evangeliën zijn -uiteindelijk- bedoeld voor alle mensen. Het verschil is de nadruk welke gelegd wordt op een bepaald aspect, daarin verschillen ze.

Synoptische Evangeliën
De Evangeliën zijn historische boeken, net als Handelingen, maar bevatten daarnaast uiteraard ook veel profetische zaken. Veel was in de Evangeliën nog verborgen en dat is ook logisch, het was -tot aan de kruisdood- een bediening ‘onder de wet’.

De eerste drie Evangeliën (Matteüs, Marcus en Lucas) worden vaak de ‘synoptische evangeliën’ genoemd; dit is afgeleid van de Griekse uitdrukking welke betekent: “samen zien”. Ze zijn dan ook parallel in veel opzichten. Geen enkel evangelie pretendeert een volledige weergave van het leven en werk van de Here te zijn.

___
** in de ASV staat “earth”, de NASV heeft “land”. Aangezien het om het land Israël gaat is de vertaling “earth” (aarde) onjuist, vergelijk Strongs <0776> en daarom door mij vervangen in dit citaat.