De Profeten (introductie)

De boeken Jesaja t/m Maleachi worden over het algemeen aangeduid als de ‘profetische boeken’. Wanneer we de term ‘profetie’ gebruiken, denken de meeste van ons aan toekomst voorspellen. Dat is de betekenis die wij tegenwoordig er namelijk gewoonlijk aan geven. Dit is echter niet de oorspronkelijke betekenis.

Een profeet, in de Bijbel, is iemand die door God geroepen werd in tijden van óngeloof en geestelijke afval. De profeet had als taak tot de mensen te spreken námens God en Zijn boodschap over te brengen. Dit ging over actuele zaken (meestal gepaard met oordeel aanzegging), schouwen en uitleggen van het verléden (onderwijs) én, .. het schouwen of “voorspellen” van de toekomst. De taak van de profeet is daarmee essentieel anders dan, tegengesteld aan, die van de priester. Een priester representeerde de mens naar God toe, de profeet representeert God naar de mens toe.

Soms was een priester geroepen tot profeet. Voorbeelden hiervan zijn Jeremia en Ezechiël. Maar over het algemeen is er sprake van een gescheiden bediening.

Toekomst ‘zien’
Het zien van de toekomst was een teken dat een profeet door God geroepen was. Vooral de ‘korte termijn profetie’ was hierin een belangrijk teken, een bevestiging, dat een profeet door God geroepen was. Tijdens zijn leven kwamen de profetieën die hij had gedaan uit en daardoor konden de mensen zien dat hij door God aangesteld was, aangezien zijn profetie uitgekomen was. God bevestigde a.h.w. dat de profeet námens Hem had gesproken daardoor.

In de geschiedenis van Israël zijn er altijd profeten geweest. Na de verdeling van het Koninkrijk in twee delen echter waren zij prominenter aanwezig. In het bijzonder nadat éérst Israël (ook wel Efraïm genoemd) en later Juda steeds verder wegzonken in afvallig gedrag. De priesterstand faalde in haar taken, evenals de koningen. Daarom bediende God zich meer en meer van profeten, mannen Gods, om het volk tot berouw en inkeer te roepen.

Scofield schrijft hierover:

Het is noodzakelijk het Israëlitische karakter van de profetische bediening te zien. Over het algemeen is zijn voorspellende werk gerelateerd aan zijn lokale en directe bediening. Het is niet didactisch en abstract, maar is gericht op het volk van het Verbond; hun zonde en mislukking maar tevens hun toekomstige glorie. De heidenen worden gebruikt voor het tuchtigen van het volk, en daarvoor geoordeeld, maar ook om de genade te delen die nog getoond zal gaan worden aan Israël.

Niveau’s van kennis
Het interpreteren van de profeten is niet altijd even eenvoudig. We moeten dan ook onderkennen dat er vier niveau’s zijn van kennis:

  1. Er zijn algemene feiten over de Bijbel, kennis hiervan, die algemeen is. De “grote waarheden” welke elke gelovige kent en weet. Zelfs de óngelovige kan hier kennis van nemen en veel er van begrijpen. We kunnen het Evangelie kennen. We kunnen kennis hebben van het Christelijke leven. De algemene lijnen kennen van de profetie. Met dankbaarheid en nederigheid kunnen we dan zeggen: “Ik weet dat”.
  2. Er zijn andere zaken waarvan we kennis hebben in die zin dat we een sterke overtuiging hebben dat iets op een bepaalde manier uitgelegd dient te worden. We weten en onderkennen echter ook dat er hier sprake is van interpretatie en dat deze kan verschillen van de interpretatie van andere gelovigen. Interpretatie is immers het werk van mensen (uitleg geven aan gedeelten). Soms worden interpretaties als feiten gepresenteerd. Dit is niet juist.
  3. In de derde plaats zijn er zaken welke absoluut niet als vaststaande feiten te presenteren zijn. In dat geval spreken we over een overtuiging. Een overtuiging wordt vaak verward met- of gelijkgesteld aan een interpretatie maar dit is eveneens niet juist!
  4. Tot slot zijn er zaken waarvan we absoluut géén kennis hebben en/of absoluut géén zekerheid over hebben. Het is geen schande om toe te geven dat we soms van bepaalde zaken in de Bijbel geen idee hebben wat het betekent. Het feit dat het namelijk God’s Woord is, is tevens een garantie dat er zaken in voorkomen die ver boven ons verstand uit gaan!

Dit onderkennen en ten volle beseffen zal ons met de nodige terughoudendheid en respect voor God’s Woord de profeten doen bestuderen.

Er is veel schade gedaan op het gebied van kennis en uitleg van de profetieën door eigenwijze en eigengereide uitleggers die meenden dat zij álle kennis bezaten en weigeren bovenstaande onderscheid te zien laat staan op zichzelf toe te passen. We moeten daarom altijd voorzichtig zijn bij het interpreteren van de profetieën, en de Bijbel in zijn algemeenheid, en zeker géén eigen meningen -welke er absoluut niet in staan- gaan ínlezen in God’s Woord.

Christus Jezus centraal!
Alle profetie wijst –direct of indirect– op Christus.

Openbaringen 19:10
“Want het getuigenis van Jezus is de geest der profetie”.

Het effect van het bestuderen van de profetie zou daarom moeten zijn dat het ons (hoe vreemd dit ook mag klinken) niet in de eerste plaats zicht op de toekomst geeft, hoewel belangrijk, maar onze levens hier en nu verandert. De studie van de profetieën wordt gepresenteerd, in de Bijbel, als een praktische, levensveranderende, zaak. Het is gewoon niet mogelijk de profetieën te lezen zonder dat het invloed zal hebben op het leven van de gelovige! Want, dat moeten we niet uit het oog verliezen: om de profetieën te laten ‘werken’ in onze levens is het noodzakelijk (ze) zélf te geloven én toe te passen in onze eigen levens. Wie niet gelooft zal weinig leren van de studie van de profetie.

Het levensveranderende aspect van de profetie is kort als volgt samen te vatten:

  • de inhoud van de profetie op de actuele toestand van de mens, in dit geval Israël. Een volk, een mens, welke in zonde leeft en God verwerpt kan tot Hem niet meer naderen. Dit geldt niet alleen voor Israël maar ook voor ons. De oproep om te breken met de zonde is daarom ook vandaag, ook voor de gelovige, nog steeds actueel.
  • de komst van de Messias was voor Israël maar ook voor ons. De profetieën wijzen op de komst van deze verlosser, die de harten zal reinigen en de zonden zal afwassen. Ook dit moet in onze levens elke dag een realiteit zijn.

Wanneer de profetie niet op deze manier in onze levens werkt, dan zullen we, net als Israël, geoordeeld moeten worden. Dan zijn we ver van God verwijderd! Wanneer het wél zo is dat de profetie op deze manier in onze levens (in)werkt, dan is de vólgende stap het zien van de heerlijke toekomst voor ons maar óók voor Israël. Dan is óók de profetie van het OT een sleutel tot het verstaan van onze toekomst en zien we uit naar de vervullingen er van. Niet alleen voor Israël, ook voor ons zelf! Maar éérst dienen we de lessen die geleerd kunnen worden toe te passen: onderkennen van onze zonde en toegeven dat we op de verkeerde weg zijn, overgave aan Christus, geloof hechten aan Zijn verlossende werk, tot vergeving van de(ze) zonde..

Niet compleet
Het Oude Testament, en de profetieën daarin, zijn niet compleet zonder het Nieuwe Testament. Het Oude Testament is absoluut God’s Heilige, geïnspireerde, Woord. Maar zonder het Nieuwe zullen we het Oude nooit kunnen begrijpen en, vaak, andersom ook niet. De vele Messiaanse profetieën in het OT bijvoorbeeld kunnen niet begrepen worden wanneer we niet de (gedeeltelijke) vervulling er van zien in- of de uitleg kennen vanuit het NT. Wie alleen het OT leest zal bijvoorbeeld hetzelfde probleem hebben met het begrijpen van de profetie als dat de profeten soms zelf hadden. Met name het feit dat de profeten de twéé komsten van Christus niet zagen (zie hier ook weer de eerdere relatie tot Israël voor wat betreft de profetie!) bemoeilijkt, wanneer we het NT niet zouden hebben, het begrip van de OT-ische profetie.

Indeling van de profeten
Jesaja tot/met Maleachi zijn 17 boeken. Ze zijn te verdelen in of naar hun ‘doelgebied’: Israël en Juda. Daarnaast zijn ze onder te verdelen in “vóór de Ballingschap (van Juda)”, “tijdens de Ballingschap (van Juda)” en “ná de ballingschap (van Juda)”.

De indeling naar “grote” en “kleine” profeten, zoals in onze moderne Bijbels is gedaan, is historisch onjuist (de Hebreeuwse Bijbel, het OT, kent daarom ook een andere indeling!) en niet chronologisch.

De sleutels tot het lezen van de profeten zijn:

  • (persoonlijk) geloof;
  • de twéé komsten van de Messias:
  1. als “de lijdende knecht”, die voor de zonde stierf;
  2. als Koning van Israël, die “de wereld zal hoeden met een ijzeren staf”.
  • de “doctrine van het overblijfsel” (Jesaja 10:20);
  • de “doctrine van de dag des Heren” (Jes. 2:10-22);
  • de “doctrine van het Koninkrijk” (Zach 12:7-9, Luk 1:31-33)

Bij het bestuderen van de profeten mag verder niet vergeten worden dat we niet zomaar een paar verzen uit de tekst kunnen lichten en menen die te kunnen verklaren. De gehele ‘scope’, het verband of de context, moet in ogenschouw worden genomen!

Print Friendly, PDF & Email